10 Geboden van de bladjacht

Tien tips voor succes tijdens de zomerbronst

Einde juli, begin augustus staat het reewild in vuur en vlam. Bokkentestosteron springt dan waar het niet gaan kan. Schuw en schroom maken plaats voor een allesoverheersende drang om de genen zo wijd mogelijk te verspreiden. Voor even zit het verstand aan de onderkant. Ook bij reewildjagers stijgt de lichaamstemperatuur naar tropische waarden. Het type koorts waar pillen noch kruiden tegen opgewassen zijn. Alleen een blaasinstrument kan de ‘fever’ doen dalen. Of een zwart handpompje dat drie weken per jaar over magische krachten beschikt.

De bladjacht is de apotheose van het reewildseizoen. Zoals bij elk ambacht heeft iedere jager zijn eigen methode maar er zijn ook vuistregels die altijd weer terugkomen. Met ondersteuning van Duitse media halen we tien van deze geboden aan die gerust in steen gebeiteld mogen worden.

De 10 Geboden:

1. Het wanneer verschilt per gebied. Vlakke revieren zijn het eerst aan de beurt, in bergachtige jachtvelden komt de bronst 14 dagen later op gang. Vanaf de laatste week van juli geven de bokken gehoor aan het blatten, soms ook eerder. Als je naar Polen of Duitsland trekt dan is de eerste week van augustus een zekerheid.
2. Tijdens de bronst zijn reeën ook overdag actief. Op uitzonderlijke dagen springen ze van ’s morgens tot ’s avonds maar er zijn bepaalde tijden waarbij het blatten meer kansen oplevert. Bekende spitsuren zijn de late ochtend tussen 8 en 9 uur, de vroege avond tussen 17 en 18:30 uur maar ook ’s middags tussen 11 en 13 uur.
3. Het weer heeft een enorme impact op de reeënbronst. Warmte en een zomerbui zijn optimaal. Hitte daarentegen, maar ook harde wind en regen verkleinen de kansen aanzienlijk. Bij temperaturen van 30 graden en meer verschuift de bronst meer naar de nachtelijke uren.
4. De bladjacht kan zowel staand op de grond als vanuit de hoogzit. Je zal de eerste niet zijn bij wie de bok nog wel naar binnen zou willen springen. Dat gezegd zijnde is de adrenalinestoot nog intenser wanneer je op gelijke hoogte staat met je beoogde buit die steeds dichterbij komt. Belangrijk hierbij is dat je steeds aandacht blijft houden voor kogelvang.
5. Camouflage is key tijdens het blatten. De bokken kunnen immers vanuit alle kanten hun vreugdesprong demonstreren. Zien zonder gezien te worden dus. Minstens groene kleding en liever nog een dunne jas met camouflagepatroon en een pet zijn daarom sterk aangeraden. Ondanks de warmte is het dragen van polo’s, t-shirts en korte broeken een no go.
6. Je kunt fiepen met de mond of vanuit de losse pols. Beide instrumenten hebben een bewezen staat van dienst in het lokken van bokken. Een Buttolo is qua bediening het gemakkelijkst, aan de andere kant heb je met een mondfiep je handen vrij om geweer en schietstok in stelling te brengen.
7. Gij zult variëren. Monotoon blatten brengt de bronstige bok allerminst in vervoering. Dan werken gevarieerde fieptonen overtuigender om de dekking te verlaten. Daarbij is een valse noot tussendoor niet eens bijzonder storend. Afwisseling zorgt voor opwinding, liever een keer verkeerd dan futloos fiepen.
8. Wacht na het innemen van je stand nog een kwartier tot 20 minuten voordat je begint te blatten. Op die manier is je aanwezigheid in het veld weer weggeëbd. Hierdoor kom je minder verdacht over dan wanneer je direct met fiepen begint. Een goed uitgevoerde sessie duurt ongeveer 3 kwartier. Als dat nog geen amoureuze respons heeft opgeleverd is het tijd om andere oorden op te zoeken.
9. Er gaan weinig dingen boven het eten van eigenhandig gestrekt wild. Vlees en warme buitenlucht gaan alleen niet zo goed samen. Houd daarom de tijd tussen schot en koeling zo kort mogelijk en begin zo snel als het kan met ontweiden. Neem je buit vanuit het veld mee in een wildbak of een oprolbare drager van Blaser om hem daarna in de koelruimte te hangen. Zo gaat er niets verloren van je kostbare wildbraad.
10. Tot slot nog een oude jagerswijsheid. Indien je toeschouwer zou zijn van het liefdesspel tussen bok en geit is er een ongeschreven regel. Wees hoffelijk, ga niet te snel met je vinger naar de trekker en gun je opponent zijn laatste plezier. Succes met de bladjacht, Waidmannsheil!